Deze geneesmiddel is aanbevolen voor de behandeling van parasitaire menginfestaties te wijten aan volwassen nematoden en aan cestoden bij honden en katten.
Bij de hond :
- Nematoden : Ankylostoma caninum, Toxocara canis, Toxoascaris leonina, Trichuris vulpis, Uncinaria stenocephala
- Cestoden : Dipylidium caninum, Echinococcus granulosus, Taenia spp., Echinococcus multilocularis, Mesocestoïdes spp
Bij de kat :
- Nematoden : Ankylostoma tubaeforme, Toxoascaris leonina, Toxocara cati
- Cestoden : Dipylidium caninum, Echinococcus multilocularis, Taenia taeniaformis
Praziquantel leidt tot een verlamming van de musculatuur van de parasieten door een membraandepolarisatie van de spiercellen. Praziquantel beschadigt de normale functie van het tegument, de glucose opname wordt geremd en de lactaatproductie wordt gestimuleert.
Bloedconcentraties < 1 μg/ml zijn voldoende voor een efficiënte behandeling indien ze tijdens een aantal uren worden behouden. In vivo is aangetoond dat de efficiëntie tegen jonge wormen (2 - 4 weken) kleiner is dan tegen volwassen wormen en zeer jonge wormen. Praziquantel heeft een breed werkingsspectrum tegen cestoden.
Fenbendazol interfereert met de glucoseabsorptie en voornamelijk, de opname in het glycogeen. Bovendien wordt de degradatie van de endogene glucose belemmerd. De experimentele data duiden op een orale opname van fenbendazol door de volwassen worm met een werkingsmechanisme dat het energetische metabolisme verstoort met daarbij neurotoxischeeffecten.
Dagelijkse toedieningen in het voedsel van 20 mg/kg (gedurende 5 dagen) leiden tot constante plasmaspiegels van 0,2 μg/ml of 50 mg/kg gedurende 3 dagen en zijn echt efficiënt tegen volwassen wormen.
Fenbendazol is werkzaam tegen de meeste nematoden en tegen enkele cestoden. Het is bewezen dat de efficiëntie van de combinatie van de actieve bestanddelen hoger is tegen nematoden en cestoden bij honden en katten dan de toediening van elk bestanddeel (praziquantel of fenbendazol) afzonderlijk.
Na orale toediening, wordt praziquantel sterk gemetaboliseerd voordat het in de bloedbaan komt. De maximale bloedspiegel wordt bereikt tussen 30 en 60 minuten na toedienen. De snelle verhoging tijdens de absorptiefase (T1/2: 0,1 - 0,3 u) is te wijten aan resorptie in de maag. Een belangrijke "first-pass" effect werd aangetoond en de serumspiegel van ongemetaboliseerde praziquantel was laag. Het praziquantel en zijn metabolieten worden snel verwijderd, voornamelijk via de nieren.
Bij gezelschapsdieren behandeld met fenbendazol aan de aanbevolen therapeutische dosis, worden maximale serumspiegels tussen 6 en 30 uur bereikt. 50% van bloedeliminatie gebeurt tussen 10 en 27 uur na inname. In de meeste diersoorten ondergaat fenbendazol oxidatief metabolisme en wordt door sulfoxilatie gemetaboliseert tot fenbendazole-SO (oxfenbendazole) die ook een anthelmintische werking heeft.
Oraal gebruik
De aanbevolen dosering bedraagt 5 mg praziquantel en 50 mg fenbendazol per kilogram lichaamsgewicht. Dit stemt overeen met één tablet per 10 kg lichaamsgewicht.
De toediening zal de volgende dag herhaald worden.
Bij infestaties door Ankylostoma caninum, Uncinaria stenocephala, Trichuris vulpis, Echinococcus granulosus, één tablet per 10 kg lichaamsgewicht gedurende 3 opeenvolgende dagen toedienen.
De dosering voor de katten in verband met hun gewicht, is algemeen een halve tablet per dier.